Componist en dichter Guillaume de Machaut overleefde de Zwarte Dood in de veertiende eeuw en bereikte naar alle waarschijnlijkheid de respectabele leeftijd van zevenenzeventig jaar – zijn geboortedatum is niet exact bekend. De meester van de ars nova beleefde na een veelbewogen leven op de hoge leeftijd van bijna zestig echter nog een amoureus avontuur met een zeer jong meisje. Guillaume de Machaut was daarmee niet de enige componist met een “groupie”, maar misschien wel een van de eersten.
Volgens de overlevering schreef de negentienjarige Péronne d’Armentières een hartstochtelijke brief waarin ze de onvoorwaardelijke liefde verklaarde aan de halfblinde en kreupele componist. In de brief stelde ze voor om Guillaume te ontmoeten en samen reizen te ondernemen. Ondanks de aanvankelijke terughoudendheid van de componist, die zichzelf een gammele oude man vond, kwam het uiteindelijk tot meerdere ontmoetingen tussen de jonge edelvrouw en De Machaut. Meer dan kussen op de mond werden er niet uitgewisseld en Péronne werd uiteindelijk uitgehuwelijkt aan een jongeman, de dichtende componist eenzaam en verliefd achterlatend.
Guillaume de Machaut tekende zijn geriatrische liefdesaffaire op in het werk Le livre du voir-dit en deskundigen zijn er nog steeds niet uit of het ook daadwerkelijk autobiografische poëzie van De Machaut is, zoals van oudsher is aangenomen. Er wordt bijvoorbeeld naarstig gezocht naar anagrammen in Le livre du voir-dit die het definitieve bewijs van de amoureuze verhouding moeten leveren. Een deel van een vers, “Pour li changier autre dame le”, zou bijvoorbeeld met enige fantasie in “Guillaume de Machaut, Peronelle d’Armentiere” kunnen transformeren. Nog een andere deskundige puzzelaar kwam met een gewijzigde vertaling van dezelfde frase (“Pour li changier autre fame le”) met een alternatieve ontcijfering van hetzelfde fragment: “Guillaume de Machaut, Perronne fille a a[i]mer”.
Of Guillaume daadwerkelijk zijn Péronne kuste onder een kersenboom is dus nog maar zeer de vraag…