Concert: Storioni Trio – Beethoven
Datum:1 april 2014
Uitvoerende(n):Storioni Trio
Locatie:de Doelen, Rotterdam
Waardering:

storioni-trio

Gisteravond kwam de concertserie van het Storioni Trio in de Doelen ten einde; een integrale lezing van de pianotrio’s van Ludwig van Beethoven verspreid over het concertseizoen 2013-2014.

Het Adagio molto – Allegro con brio uit Symfonie No. 2, door Beethoven zelf bewerkt voor pianotrio, vormde een mooie opening, met name in de reprise begon het spel te fonkelen.
Het postuum ontdekte en gepubliceerde Allegretto voor pianotrio stond wat eenzaam en verloren op het programma en kwam helaas ook niet helemaal tot zijn recht. Desalniettemin een prima overbrugging naar het eerste grote werk van de avond: de Variaties op Ich bin der Schneider Kakadu, Opus 121a. Deze variaties op een lied van Wenzel Müller werden door het Storioni Trio met zichtbaar plezier en een duidelijk gevoel voor Beethovens humor gespeeld. De kwinkslagen die in Beethovens variaties doorklinken geven overigens een mooi beeld van hoe precair het evenwicht tussen de instrumenten in een pianotrio kan zijn. Een humoristische dialoog tussen cello en viool zou direct in het water vallen bij de geringste aarzeling van een van de musici. In die context moet het spel van pianist Bart van de Roer genoemd worden, dat de gehele avond gekenmerkt werd door een mooie beheersing en subtiliteit.

Het Storioni Trio was in topvorm na de pauze en gaf een geweldige lezing van het tweede pianotrio uit Opus 70. Het eerste trio (dat ook wel de bijnaam Ghost of Geistertrio draagt) is het bekendste, maar het tweede in Es bevat zoveel mooi materiaal dat het prima buiten de schaduw van zijn bekendere helft kan staan. Over de hele linie presenteerde het Storioni Trio een lovenswaardige uitwerking van Beethovens muzikale vondsten, hetgeen culmineerde in een fantastische Finale.
Helaas geen toegift, volgens violist Wouter Vossen te wijten aan het feit dat het drietal het gehele oeuvre voor pianotrio van Beethoven al had afgewerkt het afgelopen seizoen en er simpelweg niets meer over was om te spelen. Als de mannen echter het werk van na de pauze nogmaals hadden ingezet had het publiek waarschijnlijk niet geprotesteerd.