marcelproustOp een avond in 1916 werd violist Gaston Poulet met zijn Quator Poulet per taxi naar Boulevard Haussmann vervoerd om daar een curieus huisbezoek af te leggen tegen een royale financiële vergoeding. Ze werden ontvangen door schrijver Marcel Proust die Poulets strijkkwartet eerder had zien spelen en er dusdanig van onder de indruk was geraakt dat hij de leden van Quator Poulet verzocht om voor hem alleen, in zijn huiskamer te komen musiceren. Het werk dat Proust wilde horen betrof het Strijkkwartet in D van César Franck.

Nadat het kwartet de laatste noten van de Finale liet klinken serveerde Proust champagne en vroeg Poulet het werk nogmaals integraal te spelen. Vanaf dat moment volgden nog meer privéoptredens gedurende de rest van de Eerste Wereldoorlog waarbij het werk van Franck, maar ook andere favoriete componisten van Proust op het programma stonden. De puissant rijke schrijver dacht er zelfs aan om met het Quator Poulet op reis te gaan naar Wenen om daar op het grote kanaal het ochtendgloren begeleid met de klanken van het strijkkwartet te kunnen ervaren.

Door kenners wordt over het algemeen aangenomen dat Francks strijkkwartet een van de inspiratiebronnen moet zijn geweest voor het Vinteuil Septet, een van de magische muziekstukken uit Prousts eigen meesterwerk À la recherche du temps perdu.