Franz Liszt MonumentIn het pittoreske Weimar staan vele gebouwen die nog herinneren aan de rijkdom en weelde die heeft bestaan ten tijde van de heerschappij van de groothertogen in de achttiende en negentiende eeuw. Anders dan in Leipzig eert men vooral de literaire helden en dan met name Goethe en Schiller. De verering kent ook zijn bedenkelijke kanten, aangezien er boodschappen gedaan kunnen worden in zowel het Goethe als Schiller Kaufhaus… Wellicht een eerbetoon aan de kruideniersmentaliteit van beide beroemdheden?
Muzikaal gezien is er natuurlijk het Liszt Museum en het gelijknamige conservatorium. Een componist als Johann Nepomuk Hummel, ook niet onbelangrijk geweest voor de stad, moet het echter doen met slechts een straatvernoeming. Het woonhuis van Hummel kan enkel gehuurd worden voor bijeenkomsten en vergaderingen.

Die Altenburg

Jenaer Straße 3
Die AltenburgOorspronkelijk kon de Altenburg, het huis waar Franz Liszt en Carolyne von Sayn-Wittgenstein vele jaren doorbrachten, alleen bereikt worden middels een serie trappen. Tegenwoordig zijn de trappen onvindbaar en leiden er meerdere wegen naar het grote woonhuis. Het imposante uitzicht dat Liszt op de stad moet hebben gehad wordt nu belemmerd door nieuwbouw en het Goethe-Schiller Archiv dat in 1896 verrees. Het huis is helaas niet open voor publiek, behalve tijdens de pianosoirées die regelmatig door het conservatorium in de salon van het gebouw georganiseerd worden.

Park an der IlmPark an der Ilm

Het gigantische stadspark van Weimar, gelegen aan de rivier de Ilm is een attractie op zich. In het park bevinden zich een aantal bezienswaardige gebouwen, waaronder het Tempelherrenhaus, Römisches Haus en Goethes Gartenhaus. Op loopafstand van het Liszt Haus ligt een monument voor de componist dat in 1902 werd geplaatst.

Liszt Haus

Marienstraße 17
Liszt HausAan de rand van het park ligt het woonhuis waar Franz Liszt na zijn definitieve vertrek uit Weimar op onregelmatige momenten in het jaar verbleef. Dankzij een uitmuntende voorbereiding voorafgaand aan onze reis, stonden we echter voor een gesloten deur. Het Liszt Haus is namelijk op dinsdag gesloten… Over de wijsheid en logica van een dinsdagsluiting zal ik niet verder uitweiden. De hoop is nu gevestigd op het Liszt Museum in Bayreuth, maar dat is zo mogelijk nog kleiner.

Museum für Ur- und Frühgeschichte Thüringens

Humboldtstraße 11
Museum für Ur- Und Frühgeschichte ThüringensBij wijze van alternatief daarom een bezoek aan het museum over de vroege historie van Thüringen tot aan de Middeleeuwen. Een interessante reis door de tijd, ook al was er weliswaar geen muziekinstrument te bekennen in de tentoonstelling, op een gereconstrueerde primitieve trommel na. Opvallend veel historische bodemschatten zijn bewaard gebleven uit diverse tijdvakken in de lange geschiedenis van Thüringen. Met name de stukken uit de tijd van de Thuringii en de eerste koningen waren indrukwekkend.

Morgen reizen we af naar het hol van de leeuw: Bayreuth. De woonplaats van een zekere Richard W.

Antonio Salieri door Joseph Willibrod MählerAntonio Salieri was bijna verzekerd van een plaats in het pantheon van beroemde componisten. Als stercomponist van vele opera’s, hofkapelmeester in Oostenrijk en een veelgevraagd leraar met pupillen als Beethoven, Schubert en Liszt leek die positie een vanzelfsprekendheid. Dankzij Mozart verwerd Salieri in de loop der jaren tot een voetnoot in de klassieke muziek, ook al was Wolfgang zelf al zo dood als een pier.

Gedurende Mozarts leven bestond er een professionele rivaliteit tussen beide mannen. Salieri werd, ondanks zijn status als protégé van Christoph Willibald Gluck, gezien als een exponent van de Italiaanse componistenschool terwijl Mozart de Germaanse vertegenwoordigde. In een aantal brieven aan zijn vader komt enige jaloezie van Mozart met betrekking tot de status van Salieri aan het Oostenrijkse hof duidelijk naar voren. Hij had ook het idee dat Salieri en zijn gevolg hem hinderden in het verkrijgen van succes aan het hof.

Het succes bleef voor Mozart echter niet uit in Oostenrijk en uiteindelijk coëxisteerden zowel hij als Salieri prima naast elkaar. In zijn hoedanigheid als hofkapelmeester ontpopte Salieri zich zelfs tot een promotor van Mozarts werk. Ook schreven ze naar verluid samen een cantate, Per la ricuperata salute di Ophelia, die verloren is gegaan, maar waaraan gerefereerd wordt in krantenartikelen uit die tijd. De zoon van Mozart, Franz Xaver, kreeg les van zowel Johann Nepomuk Hummel als Salieri.

Uit dergelijke feiten blijkt niet dat Mozart en Salieri bijzonder moordlustige gevoelens jegens elkaar koesterden. Het ontstaan van het verhaal dat Salieri de hand zou hebben gehad in de dood van Mozart is misschien nog enigszins te verklaren, de zucht naar achterklap is namelijk van alle tijden. Maar de hardnekkigheid van de roddel is wel opmerkelijk te noemen; al meer dan twee eeuwen staat Salieri bekend als de ‘moordenaar van Mozart’.
Mede dankzij de hysterische film van Miloš Forman is er vandaag de dag ook bijna niemand die bij de titels Armida of Der Rauchfangkehrer meteen zal uitroepen dat het om werken van de vermaarde componist Antonio Salieri gaat. Nu is het operagenre misschien wel het meest onderhevig aan de grillen van de mode en zijn wel meer populaire componisten van weleer om heel wat minder dan een kwalijke roddel in de vergetelheid geraakt, maar het blijft de vraag of de naam Salieri, vrij van de smetten die het etiket ‘vergiftiger’ met zich meebrengt, niet verbonden zou zijn met een klassieker onder de meer dan dertig opera’s van zijn hand.