Concert: Sinfonia Rotterdam & Laurenscantorij – Requiem van Fauré
Datum:26 september 2015
Uitvoerende(n):Sinfonia Rotterdam, Conrad van Alphen; Ilse Eerens, sopraan; Martijn Cornet, bariton; Laurenscantorij, Laurens Collegium Rotterdam
Locatie:de Doelen, Rotterdam
Waardering:

sinfonia-rotterdamMusic for the Millions bleek een passend etiket voor dit eerste concert uit de serie van de Doelen, het publiek was namelijk massaal toegestroomd voor een avond met het Sinfonia Rotterdam en de Laurenscantorij. Voor de pauze bleven de leden van het koor nog in de coulissen en nam alleen het Sinfonia plaats op het podium van de uitverkochte Grote Zaal.

De Ouverture tot Così fan tutte was niet meer dan een smaakmaker en een ogenschijnlijk vreemde keuze in een programma dat verder bestond uit muziek rond het midden en einde van de negentiende eeuw. Het was een wat weinig gearticuleerde interpretatie van Mozarts Ouverture en dan met name in de strijkers. Na de eerste noten van Mendelssohns Suite A Midsummer Night’s Dream begon het concert pas ten volle. De muziek bij het toneelstuk van Shakespeare is misschien wel het beeldenste werk uit Mendelssohns oeuvre en de zeer energieke Conrad van Alphen mengde de mooie orkestkleuren tot een sprankelend geheel.

Het is zeer waarschijnlijk dat de grote toestroom van toeschouwers iets te maken had met het programmeren van het Requiem van Gabriel Fauré. Het werk uit
1900 is nog altijd zeer populair, ook al zijn de toonzettingen van de rouwmis door collega’s Mozart en Verdi misschien iets bekender; of dat terecht is mag eenieder voor zichzelf beslissen. Ook hier genuanceerd spel van het Sinfonia Rotterdam, dat voor de baslijnen en accenten in het Requiem bijgestaan werd door het imposante Doelenorgel. Niets dan lof voor de Laurenscantorij en het Laurens Collegium, zij wisten zich uitstekend raad met de elegante koorpartijen van Fauré en bezorgden eveneens de nodige kippevelmomenten. Het orkest vloeide mooi samen met de breekbare stem van sopraan Ilse Eerens en het koor. Martijn Cornet ontplooide zich soms wat al te veel als een heldenbariton; theatraliteit is minder op zijn plaats in Fauré’s treurmis.

Helaas leek na de pauze ook de voltallige longpoli van het Erasmus MC plaats te hebben genomen in de zaal, hetgeen resulteerde in de nodige rochel- en hoestsalvo’s. De grijze onverlaat wiens telefoon luid hoorbaar begon te piepen tijdens de laatste, verstilde klanken van In Paradisum verdient een zaalverbod.