Boek: Klaus Eidam – Het Ware Leven van Johann Sebastian Bach

Titel:Het Ware Leven van Johann Sebastian Bach
Auteur(s):
Jaar:2000
Uitgever:Open Domein, De Arbeiderspers
Waardering:

eidam-bachIn 2000 was het 250 jaar geleden dat J.S. Bach overleed. Het is dan ook weinig opzienbarend dat er een kleine opleving ontstond in de publicatie van biografisch werk over de persoon Bach. Het boek “Het Ware Leven van Johann Sebastian Bach”, geschreven door theatermaker Klaus Eidam, is een van de titels die toentertijd verscheen. Eidam is tevens als scenarist verantwoordelijk voor een miniserie over het leven van Bach uit 1985. De man is dus geen musicoloog, iets dat niet automatisch een probleem hoeft op te leveren bij het schrijven over muziek, ware het niet dat hij zijn enthousiaste dilettantisme bijna ieder hoofdstuk zeer scherp tegenover de gevestigde Bach-kenners in stelling brengt.

Het dedain waarmee Eidam regelmatig zijn collega’s op hun plaats meent te moeten zetten is het grootste zwaktepunt van het boek. De auteur beroept zich regelmatig op eigen onderzoek in diverse archieven en sommige van zijn ontdekkingen – die het gevestigde beeld van Bach op losse schroeven zetten – zouden zelfs opzienbarend genoemd kunnen worden, maar eveneens lastig te verifiëren aangezien het boek een wetenschappelijk bronvermelding mist.
Eidam tracht bijvoorbeeld, met behulp van officiële documenten uit de tijd van Bach, de omgang van de stadsraad van Leipzig met de componist kritischer te benaderen, deels om de mythe van Bach als “moeilijk persoon” te ontkrachten. Helaas verpakt Eidam dergelijke ontdekkingen te gretig in schimpscheuten richting grote namen als Philipp Spitta en Albert Schweitzer, ook al publiceerden zij respectievelijk in 1873 en 1905 hun Bach biografie. In de eerste hoofdstukken is het nog lichtelijk amusant om Eidam zo fel en ietwat sikkeneurig van leer te zien trekken tegen Bach-kenners, maar het wordt snel vermoeiend, zeker als dergelijke monologen pagina’s in beslag nemen en het puur biografische gedeelte in de weg gaan zitten.

Een ander voornaam punt van kritiek is de behandeling van Bach als persoon. Na het lezen van de biografie blijft er geen echt beeld hangen van wie Bach nu eigenlijk als persoon was. In zijn biografie over Beethoven slaagt Maynard Solomon hier bijvoorbeeld wel in, ondanks wat onnodig gepsychologiseer. Solomon heeft natuurlijk wel het voordeel dat zijn biografisch onderwerp leefde in een tijd waarin egodocumenten meer gemeengoed waren en ook de conversatieboeken die Beethoven in zijn levensfase van vergaande doofheid bijhield geven een bijzonder beeld van de componist – ondanks alle misplaatste opkuiswerkzaamheden van Anton Schindler.

De relatieve overvloedigheid van biografisch materiaal in het geval van Beethoven is veel minder aan de orde bij J.S. Bach en werkt wellicht nadelig in het scheppen van een persoonlijk beeld van de componist. Natuurlijk waagt Eidam zich aan een karakterschets en beschrijft hij getrouw de vele gebeurtenissen die de componist zijn overkomen. Wat echter beklijft is meer een Bach als “onbeschreven blad” onderhevig aan allerhande sturende (voornamelijk negatieve) invloeden van buitenaf – de stadsraad van Leipzig, Johann August Ernesti, de kerk, de vrouw van de Prins Leopold van Anhalt-Köthen, etc.
Voor Klaus Eidam lijkt het leven van Johann Sebastian Bach vooral te bestaan uit de Moedige Overlevingstrijd van zijn Bescheiden Held tegen de Machinaties van de Gevestigde Orde ((Jazeker, met Heroïsche Hoofdletters.)). De vraag blijft echter of het leven van Bach een dergelijke invulling nodig heeft.

Reageren